Drukwerkterminologie

Folder
Een folder bestaat uit één blad dat één of meerdere malen is gevouwen. Een folder onderscheidt zich van ander drukwerk in boekvorm doordat het meerdere pagina’s heeft maar niet is gebonden.

Brochure
Een brochure is een gedrukt boekje en bestaat uit meerdere vellen gevouwen papier, in de rug bijeengehouden met behulp van bijvoorbeeld nietjes of lijm. Het aantal pagina’s is altijd een veelvoud van vier.

Leaflet of flyer
Een leaflet of een flyer is een bedrukt los blad, dus geleverd zonder binding, zonder vouwwerk.

Poster of affiche
Een poster of affiche is niets meer dan een extra grote flyer. Een groter bedrukt los blad dus, zonder binding of vouwwerk.

Vlakdruk (offset)
Vlakdrukprocédé waarbij het beeld vanaf een plaat eerst voorzien van vocht en daarna voorzien van inkt via een rubberdoek wordt overgezet op losse vellen papier.

Rotatiedruk (offset)
Rotatiedrukprocédé waarbij het beeld vanaf een plaat eerst voorzien van vocht en daarna voorzien van inkt via een rubberdoek wordt overgezet op een grote rol papier, die achteraf op maat wordt gesneden. Deze druktechniek is ideaal voor grotere oplagen.

Digitale druk
Digitaal drukken heeft een voordeel bij kleine oplages door de lage vaste kosten. Het gebruik ervan wordt populairder en men kan op verschillende materialen printen, zoals hout, kunststof, textiel,…

Zeefdruk
Druktechniek waarbij de inkt door een zeef op het te bedrukken materiaal wordt aangebracht, hierdoor zijn ook moeilijk bedrukbare vormen en materialen te bedrukken.

Blinddruk of diepdruk
Is een druktechniek waarbij geen inkt gebruikt wordt. Door op (of in) de drukplaat een reliëf aan te brengen en deze daarna tegen het papier te persen, ontstaat in het papier eveneens een reliëf.

Flexodruk
Hoogdruktechniek waarbij de drukplaat flexibel is en zich aanpast aan het te bedrukken materiaal. Daarom is deze techniek erg geschikt voor verpakkingen met grillige vormen.

Schoonsnijden
Het nasnijden van drukwerk op het gewenste formaat.

Rillen of biegen
Een groef in papier of karton aanbrengen zodat het makkelijk en recht gevouwen kan worden.

Brocheren
Het binden van brochures, boeken en tijdschriften, met nietjes, garen of lijm.
Gehecht gebrocheerd wil zeggen: in elkaar gestoken vellen voorzien van twee nietjes.

Lamineren
Het aanbrengen van een transparante folie door middel van warmte. Deze folie kan mat of glanzend zijn.

Oognieten
Hechtnietjes die voorzien zijn van een oogje aan de buitenkant van het product. Deze ogen worden gebruikt om het product op te kunnen bergen in bijvoorbeeld een ordner.

Perforeren
Er worden kleine gaatjes/sneetjes in het papier gestanst, waardoor het papier achteraf gescheurd kan worden. Ook gebruikt voor wire-o binding (dubbele lusdraad door de gaatjes).

Spot UV lak
Spot UV-lak is een glanzende lak die op een deel van het ontwerp wordt aangebracht.

Stansen of uitkappen
Met een stans of kapvorm kan het papier in zowat elke mogelijke vorm uitgesneden worden.
Gestreken papier/karton
Papier/karton dat is voorzien van één of meer strijklagen. Daardoor is het mogelijk er met fijne rasters op te drukken. De strijklaag kan mat, ‘silk’-achtig, glanzend of hoogglanzend zijn.
Persvernis
Persvernis wordt vaak gebruikt als beschermlaag op het drukwerk zodat de inkt minder makkelijk zal ‘afgaan’ op de tegenovergelegen pagina.
Recto/verso
Recto is de voorzijde en verso is de achterzijde van een blad papier. De term recto verso betekent dus dubbelzijdig (afdrukken).
Aflopend drukken
De bedrukking loopt door tot de rand van het papier. Hiervoor moet de opmaak minimaal 3 mm verder komen dan de randen van het voorziene drukformaat. Er worden snijtekens voorzien.
Full colour
Drukproces opgebouwd uit de vier basis kleuren CMYK. Met deze kleuren kunnen bijna alle kleuren nagebootst worden.
Drukproef
Een redelijk nauwkeurige weergave van de pagina’s zoals deze er uiteindelijk gedrukt uit zullen zien.
Grijperwit
De extra ruimte van een drukvel waaraan de grijper van de pers het papier kan vastgrijpen. Deze ruimte kan je niet bedrukken. Dit komt meestal bij enveloppen voor.
Plano
Niet gevouwen, vlak blad papier.